Praktische tips voor basisscholen
1. Maak samen met het schoonmaakbedrijf een schoonmaakplan
Aan de basis van een schone en gezonde school ligt een schoonmaakplan. Hierin staat wie wat doet, wanneer en hoe. Het schoolbestuur maakt afspraken met het schoonmaakbedrijf over wat wanneer wordt schoongemaakt. Vragen die daaraan vooraf gaan zijn bijvoorbeeld: Wat is schoon? Wat is aanvaardbaar? Wat is het budget?
Vervolgens beschrijf je in het plan van elk gebouw en van elke ruimte het volgende:
-
Wat wordt er schoongemaakt? Denk aan ramen, vloeren, speelgoed, vergaderruimten, lesboeken.
-
Op welke manier wordt schoongemaakt? Droog, nat, stofwissen, stofzuigen, met of zonder reinigingsmiddelen.
-
Hoe vaak wordt schoongemaakt? Dagelijks, een paar keer per week, elke maand of alleen in vakanties.
-
Door wie wordt schoongemaakt? Wat doet de school in eigen beheer (samen met ouders, leerkrachten en leerlingen)? Wat doet het schoonmaakbedrijf?
Denk ook aan:
-
Welke preventieve maatregelen of verbeteringen aan het gebouw of de inrichting helpen het schoonmaken gemakkelijker te maken?
-
Stimuleer ‘schoon gedrag’ bij leerkrachten, ouders en leerlingen. Zo ontstaat er minder vervuiling. Goed resultaat bereik je samen!
Tip!
Kijk in het werkprogramma voor basisscholen. Dit werkprogramma is gebaseerd op de hygiënerichtlijnen van het RIVM. Wil je weten hoe vaak en op welke manier je een school schoonmaakt zodat je voldoet aan de hygiënerichtlijn, gebruik dan het werkprogramma. Jouw schoonmaakbedrijf kan je hier ook mee helpen.
2. Stoelen op de tafels
Speelgoed opruimen, stoelen op de tafels zetten en zorgen voor een leeg bureau; in de meeste klassen gebeurt dit al. Het maakt het werk van de schoonmaker een stuk gemakkelijker en hij kan beter resultaat leveren.
Sommige leerkrachten gaan nog wat verder. Ze leren kinderen afval scheiden (en waarom dit belangrijk is), hangen briefjes op in het toilet over hoe kinderen deze netjes kunnen achterlaten, of ontruimen vlak voor een vakantie met elkaar de kasten en maken deze schoon. Er is zelfs een lesprogramma over schoonmaken.
3. Zandbak
Scholen kunnen bij de bouw of verbouw in een vroeg stadium al anticiperen op het schoonhouden van de school. Zo maakt het veel verschil of de zandbak vlakbij de ingang is, of juist wat verder er vandaan zodat kinderen het meeste zand onderweg naar de deur al verliezen. En een gladde vloer is makkelijker schoon te houden dan tapijt.
4. Ventileren
Bij ramen/roosters:
-
Zet ramen altijd op een kier, zelfs bij slecht weer.
-
Laat roosters dag en nacht open staan.
-
Zet ramen en deuren in de pauze even tegen elkaar open.
Bij mechanisch ventileren:
-
Zet de ventilatie in de hoogste stand.
-
Controleer regelmatig de luchtstroom.
-
Maak het ventilatiesysteem regelmatig schoon.
-
Neem maatregelen als het systeem een storend geluid maakt.
Met CO2-meter kun je meten of er voldoende ventilatie is.
LEES MEER